aanmelden
Korg Volca Beats, Bass & Keys
Keyboard Instruments 30-10-2013
door:

ANALOGUE SYNTHESIZER MODULES

 

 

Korg staat al jaren mee aan de wereldtop als fabrikant van elektronische muziekinstrumenten. Met producten als de MS-20, Mono- Poly, M1, Triton, MicroKorg, Electribe en Kaoss Pad, biedt Korg het brede publiek steeds goed klinkende, eigenzinnige en vooral betaalbare professionele instrumenten. Al deze instrumenten schopten het dan ook tot ware klassiekers. Maar Korg rust niet op z’n lauweren. Meer zelfs, in tegenstelling tot sommige andere grote spelers op de markt, probeert Korg steeds te innoveren en te voelen wat er bij de muzikanten leeft. Zo combineren ze hun jarenlange kennis en expertise met innovatie en de voordelen van huidige technologieën.
Toen de analogue/retro synth revival op volle toeren draaide, kwam Korg met hun eigen revival, nl. die van hun MS-20 - één van ‘s werelds meest befaamde synthesizers. Eerst was er de Monotron, die een afgeleide van de MS-20-filter mee aan boord kreeg, daarna de Monotribe (idem filter) en tot slot de MS-20 mini, een replica van de originele - maar dan op 80% van diens grootte.
Toch is daarmee het nieuwe analoge verhaal van Korg, zoals door velen verhoopt, nog niet klaar. Nu brengt Korg de Volca Series op de markt. Het betreft drie modules: Volca Beats, een analoge/digitale ritmebox; Volca Bass, een analoge bass synthesizer en tot slot Volca Keys, een polyfone analoge loop synthesizer.

 

 

 

BOUW

Three Of A Kind

 

Qua uiterlijk zijn de drie modules bijna identiek. De behuizing is vervaardigd uit een stevig donker doorschijnend plastiek, met afmetingen van 19,3 x 11,5 x 4,6 cm. Ook het gewicht van de Beats, Bass en Keys is bijna gelijk; respectievelijk 370g, 372g en 377g (telkens zonder batterijen). De voorplaat is van metaal en heeft per module een aparte lay-out en kleur. Zo doet Korg met de Volca Bass en Volca Beats een stevige knipoog naar Rolands TB-303 en TR-808. Hier komen we later op terug. Elke module staat, net als de Monotribe, op vier rubberen pootjes en maakt zo gebruik van de ruimte tussen z’n onderkant en het oppervlak waar het op rust, als klankkast voor de ingebouwde luidspreker. Deze is kleiner dan die van de Monotribe, maar klinkt zeker nog ok. Dreunende bassen moet je van een kleine ingebouwde luidspreker logischerwijs niet verwachten. Nog aan de onderzijde van elke Volca unit vinden we de lade voor zes AA-batterijen (meegeleverd). De toestellen kunnen zowel op batterijen als op een 9V-adaptor werken - die laatste is apart te verkrijgen. Dit maakt de toestellen mobiel, maar ze kunnen even goed dienst doen voor langere sessies op het podium of in de studio, zonder een fortuin aan batterijen te moeten uitgeven.
Alle knoppen en aansluitingen bevinden zich op het voorpaneel. De modules nemen dus een minimum aan plaats in in je setup. Geen gedoe met kabels of plugs achteraan die in de weg zitten van andere instrumenten.


Bovenaan op het voorpaneel vinden we bij elke module (van links naar rechts) de power knop, de 9V-adaptor aansluiting, een MIDI-in, een sync in-out en de audio-uitgang. De sync en audio connector zijn van het type 3,5mm TRS (stereo mini- jack). Dankzij de sync in-out kunnen we de drie modules met elkaar of met een Monotribe syncen. De polariteit van het sync signaal is omkeerbaar, zodat het gebruikt kan worden met andere units, zoals modulaire systemen. De MIDI-input zorgt er niet enkel voor dat de Volca’s synchroon lopen met bijvoorbeeld je DAW of een andere sound module via MIDI beat block, maar ze wordt ook gebruikt om noot-informatie en parameterinstellingen door te sturen. Later meer hierover.
Korg wil de link met de Monotron/tribe duidelijk laten zien en voorziet de Volca units van gelijkaardige draaiknoppen. Voor de Volca Bass gaan ze zelfs iets verder terug in de tijd en gebruiken ze ook draaiknoppen die we terugvinden op de Electribe reeks. De link naar de kleine voorgangers wordt helemaal duidelijk met de - ditmaal grote - stylusachtige ribbon, die visueel duidelijker is opgedeeld in verschillende losse multifunctionele toetsen dan bij z’n voorgangers. Bij de Volca Keys is de ribbon nog wat groter dan bij de andere twee; 27 aparte toetsen (twee octaven en een grote secunde) i.t.t. 16 bij de Bass (één octaaf plus een kleine terts) en Beats (niet onderverdeeld in noten, maar eerder in steps). In tegenstelling tot bij de Monotron/tribe, zal de ribbon gebruikt worden om parameters en instellingen aan te passen, of sequenzen te laden en te bewaren. Per toets zijn er twee LED’s. De eerste LED bevindt zich in de ribbon zelf en duidt aan welke noot (Bass en Keys) of instrument (Beats) er speelt, of welk geheugennummer er wordt aangesproken. De tweede LED bevindt zich onder de ribbon en zal functie-informatie aanduiden, zoals LFO-bestemming, geselecteerde drumklank, etc. Bij het opstarten van elke unit zullen de LED’s onder de ribbon ook het resterende batterijniveau weergeven. Zo sta je nooit onverwacht met een stroomloze unit op het podium.
Naast draaiknoppen vinden we ook enkele druktoetsen. Deze worden uitsluitend gebruikt voor functie (mute, alternatieve functie, saven, etc.) en transport (play/stop en record) doeleinden.
Opmerkelijk is de aanwezigheid van een LED-schermpje op de Beats en Bass. Daarop kan je aflezen welke functie geselecteerd is, maar vooral ook het tempo tot op een tiende van een BPM. Zeer handig! Waarom de Keys geen LED-scherm aan boord heeft, is me niet helemaal duidelijk, maar hoogstwaarschijnlijk heeft het louter en alleen te maken met plaatsgebrek wegens de grotere ribbon.
Mijn algemene indruk van de bouw is zeer degelijk. Ook de wat fragiel ogende draaiknoppen voelen steviger aan dan je op het eerste zicht zou denken. De toestellen wegen voldoende om stevig te staan wanneer je ermee werkt. Met de flikkerende LED’s in de doorschijnende behuizing en Monotron draaiknopjes, zien ze er bovendien ook nog eens mooi uit! De keuze van Korg om bij de Beats gele in plaats van rode LED’s te gebruiken, wijst erop dat ze daar niet enkel bezig zijn met het interne, maar ook voldoende aandacht besteden aan het uiterlijke. Geef toe, het oog wil ook wat.
Tot zover de gelijkenissen. Tijd nu om elke unit eens van dichterbij te bekijken.

 


The Brains
 

Eerst is Volca Beats aan de beurt, de analoge/digitale ritmebox. Qua uiterlijk een duidelijke knipoog naar Rolands TR-808. De unit is voorzien van vier analoge drumparts, nl. kick, snare, toms (hi tom en low tom) en hihats (closed en open); en vier PCM of digital drumklanken, zijnde clap, claves, agogo en crash. Elke analoge part is voorzien van enkele parameters met duidelijke omschrijvingen. De kick heeft een click, pitch en decay draaiknop. Hiermee kunnen we een brede waaier aan kicks genereren; van superkorte, bijna toonloze clickjes tot lange dreunende 808-achtige power kicks. Bij de snare kunnen we snappy, pitch en decay aanpassen. De laatste twee spreken voor zich, maar snappy is hier misschien wat anders dan verwacht. Het voegt inderdaad het effect van de ratelende snares onder een snare drum toe, maar het lijkt er op dat ze dit effect eerder creëren door vervorming (distortion/waveshaping) dan door het toevoegen van noise zoals bijv. bij de 808. Wanneer je de pitch verandert, hoor je ook het snappy gedeelte van de klank mee veranderen. De toms hebben een aparte pitch knop, maar delen de decay. De hihats hebben dan weer elk een aparte decay knop, maar een gemeenschappelijke grain knop. De grain functie klinkt als een pitch knop en heeft een ringmodulation-achtige klank. De PCM klanken hebben slechts één parameter, nl. PCM speed. Hiermee bepaal je de playback snelheid van de samples, wat resulteert in het aanpassen van de lengte en toonhoogte van de sample. Deze functie is zeer handig voor het creëren van complexere, frisse klanken. Zo kan je de clap omtoveren van een laag gerommel tot een hoge snap. De claves wordt een lage hand drum of een clickje, de agogo een lage metalen drum of een triangel en de crash een hihat of een gong. Naast een master volume is er ook een level knop voor elke part.
Speciaal bij de Beats is de stutter functie. Hiermee kunnen we delayachtige effecten creëren, maar toch is deze eigenlijk een retrigger. Je kan het aantal triggers en de tijd tussen twee triggers bepalen met de time en depth knop. We kunnen via de ribbon kiezen of het stuttereffect op één part, dan wel op alle parts actief is.


Niet onbelangrijk bij een ritmebox is de - in dit geval zeer aanzienlijke - reikwijdte van het tempo: 56 tot 240 BPM.
De volgende in de reeks is de Volca Bass. Deze analoge bass synthesizer — qua uiterlijk een knipoog naar Rolands TB-303 — beschikt over drie VCO’s (saw of square). Elk van deze VCO’s kan gemute en apart getuned worden d.m.v de draaiknopjes in de VCO sectie. De filter op de Volca Bass is i.t.t. de Monotron/tribe geen afgeleide van de MS-20 filter, maar wel die van een andere klassieker, nl. de Korg 700s. Verder beschikt de module over een LFO met aparte rate en intensity knop op het voorpaneel. De LFO is toewijsbaar naar pitch, amplitude en filter cutoff. Ook aanwezig is een eenvoudige envelope generator (EG) met attack en decay/release tijd, en een intensity knop om de hoeveelheid modulatie van de filter te bepalen.
Wel opmerkelijk is dat de LFO niet synchroniseerbaar is met de input van de MIDI beat clock of het sync in-signaal.
Er is één volumeknop aanwezig en de VCO’s kunnen niet apart in volume geregeld worden, wat wel jammer is. Ook bij de Bass gaat de tempoknop van 56 tot 240 BPM.


Als laatste hebben we de Volca Keys. Deze 3-stemmige polyfone analoge synth beschikt over zes (!!) oscillator modi: poly, unison, octave, fifth, unison ring en poly ring.
Poly spreekt voor zich: we kunnen drie noten tegelijk spelen. Bij unison worden de drie voices aangewend en spelen ze dezelfde noot (max. één op hetzelfde moment). Wanneer we aan de detune knop draaien in de VCO sectie, zullen de voices ontstemmen rond de gespeelde noot. In de octave mode spelen twee voices dezelfde noot en zal de derde voice de gespeelde noot een octaaf hoger genereren. In fifth mode zal de derde voice een kwint hoger dan de gespeelde noot genereren. In beide gevallen zal de detune knop de voices rond de gespeelde of gegenereerde noten ontstemmen. Deze eerste vier modi genereren steeds saw golfvormen. De laatste twee modi vertrekken van een saure golfvorm en zullen daarop ringmodulatie toepassen, dit zowel polyfoon (poly ring) als unisono (unison ring).


Verder hebben we een portamento knop en een EG knop om de envelope generator de pitch te laten moduleren. Onder de oscillator modi kiezen we het register waarin we spelen (octaven): 32, 16, 8, 4, 2 en 1 voet, wat een zeer groot bereik is.
De filter is, net zoals bij de Volca Bass, gebaseerd op de Korg 700s filter en kan gemoduleerd worden door de EG. Vervolgens beschikt de Keys ook over een LFO die zowel naar de pitch als de cutoff gestuurd kan worden. De hoeveelheid modulatie is hier per bestemming aan te passen (niet het geval bij de Bass). Ook hier gaat de LFO-frequentie tot ver in het gehoorbereik en dus bruikbaar voor complexe FM.
De Volca Bass beschikt over de uitgebreidste EG van de drie en heeft een attack en decay/release tijd, én bovendien ook een sustainlevel dat we kunnen aanpassen.
Tot slot is er nog een delay aanwezig waarvan we de vertraginstijd en het feedback volume kunnen aanpassen.
Nu we alle functies en knoppen opgesomd hebben, is het tijd om eens te luisteren naar hoe deze mini-synthjes het er auditief en functioneel vanaf brengen.
 

 

GEBRUIK EN PRESTATIES

The Beats, The Bass, The Melody
 

Het programmeren van patronen op de Volca Beats kan op verschillende manieren: via een step mode, live recording door parts te triggeren op de ribbon of via MIDI-input. Via MIDI kunnen we ook de decay van de toms en hihats aanpassen, net als de grain van de hihats, PCM speed, stutter depth/time en het volume van elke part.
Wel een tekortkoming is het ontbreken van velocity gevoeligheid of accenten per step en per drumpart, wat het toestel iets minder muzikaal maakt. Misschien op te vangen door de controleerbare part levels via MIDI? Nog een opmerking omtrent de levels is dat niet elke partij even luid lijkt te zijn, zo klinkt de PCM clap heel wat stiller dan de kick, ook wanneer ze beiden maximaal part level hebben.
De sequencer beschikt over enkel basisfuncties als part mute/solo en het activeren of deactiveren van steps. In totaal kunnen er acht patronen opgeslagen worden. Deze kunnen ook real time geladen worden. Bij het opslaan van patronen wordt de PCM speed mee bewaard per klank, de parameters van de analoge klanken niet. Ook solo en mute zijn niet gekoppeld aan individuele patronen. Voor live gebruik zou het goed zijn moest de mute knop voor langere tijd actief gemaakt kunnen worden met één druk. Zo moet je de mute knop niet steeds induwen en is het makkelijker om meerdere parts tegelijk te muten.
De Volca Beats is vrij eenvoudig in gebruik, maar dat wil niet zeggen dat het een saai toestel is. Wel in tegendeel! De kick, snare en toms hebben een echte retro klank zoals we die kennen van de Korgs KPR-77 of Roland TR-808, uitgebreid met interessante digitale klanken. Daarbij komt de stutter functie waarme we een delay effect kunnen creëren of een soort sample grain. Ook de PCM speed zorgt voor auditieve veelzijdigheid. Helemaal leuk wordt het wanneer we variaties in stutter depth/time en de PCM speed kunnen opnemen en opslaan en dit per sequence. Deze motion record activeren gebeurt via de ribbon.
Ook de Volca Bass laat zich makkelijk bedienen. Het programmeren van patronen is hier gelijkaardig aan de Beats. Per VCO kunnen we hier een aparte lijn opnemen. We kunnen ook VCO 1 en 2 of alle drie te samen dezelfde lijn laten spelen. Ten minste, als we het patroon via de ribbon programmeren. Via MIDI kunnen we de VCO’s niet apart bedienen, wat zeker jammer is. De Bass heeft een groot bereik en beperkt zich niet enkel tot de lage registers. Met de octave knop bepaal je het octaaf waarin je via de ribbon wil spelen. Later, als de lijntjes opgenomen zijn, kan je de VCO nog ontstemmen, eerst per cent en dan per halve tonen tot maximaal één octaaf hoger of lager. De VCO’s zijn last note priority mode. Ze hebben een volle en krachtige klankt en werken prachtig samen met de filter. Die klinkt minder agressief dan de filter van de MS-20, maar heeft een zeer mooi karakter voor bassen. De resonance curve van de filter lijkt me dan weer minder geschikt voor acid lijntjes. Je moet al behoorlijk wat resonance toevoegen om het effect ervan te horen en het duidelijkste van het effect bevindt zich in het laatste stukje van het bereik van de knop. Zo krijg je vaak te weinig en plots te veel effect van de resonance wanneer de EG de cutoff beïnvloedt. Nog een minpuntje in het emuleren van de 303 klank is - net als bij de Beats — het ontbreken van accenten. Wél zeer goed is de mogelijkheid om slide aan te passen op de sequencer via de ribbon, en velocity gevoelig te spelen via MIDI. Is ook dit laatste een oplossing om het gemis aan accenten op te vangen?
De LFO heeft een groot bereik en gaat vlotjes tot in het gehoorbereik. Door hem naar de amp of de pitch te sturen, kunnen we aan complexe AM en FM doen, wat het klankenpalet meteen aanzienlijk vergroot.
Het is al duidelijk dat de ribbon voor meer gebruikt wordt dan het inspelen of programmeren van patroontjes. Bij de Bass kunnen we, wanneer we de function toest indrukken, via de ribbon volgende zaken instellen: het al dan niet groeperen van de VCO’s (zoals eerder vermeld), bestemming en golfvorm van de LFO, golvorm per VCO, sustain aan/af en of selecteren of de EG ook de amplitude beïnvloedt. Met de laatste vier toetsen op de ribbon kunnen we de slide, active step, een part of alles wissen. Bij de Bass kunnen we via MIDI volgende zaken aanpassen: de slide time; expression; octaaf; LFO hoeveelheid en snelheid; pitch van de VCOs (apart); EG attack, decay/release en hoeveelheid modulatie; en de gate time. De slide en gate time en expression kunnen enkel via MIDI aangepast worden en niet op het toestel zelf. Het is duidelijk dat de Volca Bass veel meer is dan een TB-303 clone of enkel gebouwd is om een 303 te imiteren! Via de ribbon kunnen ook hier acht patronen in real time weggeschreven en opgeroepen worden.
De Volca Keys doet qua programming eveneens mee met de Beats en Bass modules. De oscillatoren klinken vol en de detuning kan een heel brede en krachtige sound genereren. Ook de filter klinkt weer mooi, maar lijkt toch anders te klinken dan bij de Volca Bass, hoewel het om dezelfde filter gaat. De modulatiemogelijkheden van de EG en LFO op pitch en filter zorgen voor een brede waaier aan klanken, van eenvoudige leads tot complexe soundscapes. De EG, die standaard op het volume staat, is bovendien capabel om zeer mooie snappy klanken te genereren. De delay valt naar mijn smaak dan wat tegen qua klank: de delaytijd en feedbacklevels zijn ok, maar er zit iets te veel grain of vuil op het signaal.
Net als bij de Beats en Bass, heeft de ribbon meer te doen dan enkel noten te registreren. We kunnen steps wissen; de golfvorm van de LFO selecteren uit saw, triangle en square, net als de key trigger synchronisatie in- en uitschakelen. Er zijn ook een paar speciale functies. De tempo-informatie - komende van de tempoknop of via sync/MIDI - wordt behouden, gedeeld door twee of zelfs gedeeld door vier. Dit stelt ons in staat om langere paterns te maken, met langere noten weliswaar, of om complexe partijen eenvoudiger te programmeren. Met de tempo delay functie kan je de delaytijd linken aan het tempo - komende van de tempoknop of via sync/MIDI. Zo kan je ritmische of net aritmische patronen genereren. Step triggering zorgt er dan weer voor dat de EG elke keer wordt geforceerd om opnieuw zijn curve te genereren en dus bijgevolg de modulaties uit te voeren waar hij naast het volume nog gebruikt wordt (pitch en/of cutoff). Dit is enkel mogelijk wanneer de FLUX modus uitgeschakeld is. Wanneer je noten opneemt en je niet mooi op de steps speelt, zal de module je gespeelde noten quantisen naar de dichtstbijgelegen step. Deze quantisatie is echt niet destructief, d.w.z. wanneer FLUX ingeschakeld staat, dan zal deze de quantisatie omzeilen en de noten laten horen zoals ze exact gespeeld zijn. De EG wordt dus ook enkel getriggerd bij elke noot die gespeeld is. Het kan erg leuke effecten geven om live tussen de twee te schakelen. Tot slot is er de mogelijkheid om een metronoom aan te zetten als guide wanneer je geen tempoinformatie hebt van andere instrumenten. Ook bij de Keys kan je, wat had je anders gedacht, acht patronen wegschrijven en laden.
De Volca Keys is duidelijk het meest complete instrument qua modulaties en functies. Ook qua MIDI mogelijkheden gaat hij verder dan zijn twee collega’s. Zo kunnen we hier volgende parameters aanpassen: portamento tijd, expression, voice modus, octaaf, detune amount, hoeveelheid modulatie van de EG op de pitch, cutoff, hoeveelheid modulatie van de EG op de cutoff, LFO snelheid en hoeveelheid modulatie naar de cutoff en de pitch, EG attack en decay/release tijden, EG sustainlevel, en tot slot de delaytijd en feedbacklevel. Met andere woorden, bijna elke parameter die aanwezig is op het voorpaneel! Naast dit alles is hij ook velocity gevoelig.
Als je dacht dat dit alles was... Korg heeft op de Volca Keys ook een motion recorder gezet, maar niet zoals bij de Beats voor drie parameters... Neen. Bij de Volca Keys kan je de beweging van elke parameter die voorzien is, met een doorschijnende draaiknop (met uitzondering van het tempo) mee opnemen op de sequence! De auditieve mogelijkheden zijn gigantisch!!

 

 
Budget

De Volca reeks kan al van jou zijn voor een kleine €140 per toestel. Voor analoge klankmodules, gelet op de klank en de mogelijkheden, is dit zeker niet overdreven!

 

Besluit

Korg is er weer in geslaagd om kleine, compacte, maar complete instrumenten te maken. De Volca Beats is een zeer complete ritmebox, met krachtige analoge klanken en originele PCM sounds en een zéér muzikaal stuttereffect. De Volca Bass is een klein basmonstertje, met een zeer warme filter die bovendien het nodige lawaai kan maken. De Volca Keys lijkt een eenvoudige polyfone synth, maar onder de motorkap zit een enorme verscholen kracht aan modulaties en controlemogelijkheden.
Er zijn natuurlijk nog opmerkingen of zaken die we graag anders zouden zien, en die misschien mogelijk zijn via een eenvoudige software update. Maar we mogen niet vergeten dat we het hebben over volledig analoge instrumenten met een professionele klankkwaliteit, voor een erg lage prijs. Ze zijn perfect als eerste drumcomputer of synth, maar daarnaast ook 100% inzetbaar in professionele situaties, studio of live.
Als Korg luistert naar de fans en misschien hier en daar wat kleine zaken aanpast, is de Volca reeks voor mij alvast bijna niet te kloppen. En bovendien zou Korg Korg niet zijn als ze ook nu weer de mensen die mods willen maken een handje zouden helpen en op de printplaten patch puntjes voorzien en labelen.
Als we de lijn bekijken die Korg gemaakt heeft met zijn analoge revival: Monotron, Monotribe, MS-20 mini en nu Volca series, dan kijk ik zeer hoopvol uit naar de toekomst. Ik hoop op meer van dit moois en ben zeer benieuwd waar we gaan uitkomen!